Wellicht heb je het op vakantie ook het zware tilwerk gezien van de beladers van de vliegtuigen die de koffers op de band zetten voor in het vliegtuig; zwaar werk, waarbij erg veel getild wordt.
Veel mensen hebben al als kind geleerd dat je ‘door de knieën moet gaan en met een rechte rug moet tillen’. Uit wetenschappelijk onderzoek blijkt echter dat het niet zo eenvoudig is. Soms is ‘door de knieën’ inderdaad een goed advies maar soms ook niet. De perfecte tiltechniek bestaat eigenlijk niet. Hoe je het beste tilt, hangt af van de situatie en van wat je tilt. Wél zijn er goede tilprincipes. Leer deze principes en pas ze toe.
Een belangrijk principe is: Korte lastarm: houd de last zo dicht mogelijk bij je
De lastarm is de horizontale afstand van de lage rug tot het zwaartepunt (meestal het midden) van datgene wat je tilt. Hoe groter de lastarm, des te hoger de belasting voor je rug. Houd de last daarom zo dicht mogelijk bij je: de lastarm is dan klein. Als tillen met een kleine lastarm betekent dat je met een gebogen rug moet tillen, dan is dat vaak toch de beste techniek. Het klinkt lastig, maar het valt mee. De meeste mensen doen het vanzelf al zo. Alleen de mensen die vroeger goed hebben opgelet, moeten weer leren om niet altijd en star door hun knieën te gaan. Leer ze dat het belangrijker is om de last altijd dicht bij zich te houden.